‘AI wordt het nieuwe internet’

03/02/2017

Door Liam van Koert

Het was alweer de tweede editie NRCLive over de impact van robotisering. Wederom kruisten de doomdenkers de degens met de positivisten. Zetten ze ons aan de straatkant, of helpen ze ons de grote uitdagingen van de 21ste eeuw te lijf te gaan? Helemaal eens is men het wederom niet geworden. Maar consensus was er wel. De ene robot is de andere niet. En hoe deze er uit komt te zien, dat bepalen we als mens nog altijd zelf.


     

 

Volgens Tijmen Blankevoort – expert op het gebied van AI – wordt kunstmatige intelligentie het nieuwe internet. Want waar het internet informatie altijd en overal beschikbaar heeft gemaakt, gaat AI hetzelfde doen voor kennis. Het is een boeiende gedachte die nogal wat gevolgen heeft voor de manier waarop we in de nabije toekomst werken en leven.


AI als hamer of elektriciteit?

We hebben het misschien niet zo door, maar kunstmatige intelligentie is eigenlijk al overal. Bovendien bestaat het al een hele tijd. “Al langer dat er computers bestaan houdt de mens zich bezig met wiskunde en logica. Het zijn de bouwstenen waarmee programmeurs hun programma’s maken”, begint Blankevoort zijn betoog. “Maar echt intuïtief is het niet. Daarom dachten wetenschapper op een bepaald moment: wat als we computers dingen kunnen laten leren zoals de mens? We geven ze veel voorbeelden, waaruit ze zelf hun lessen trekken. Ze deden dit door zogenoemde neurale netwerken te bouwen. Net als in de hersenen worden bepaalde delen alleen actief als ze patronen zien. Net als de Pavlov-reactie bij het horen van een ringtone. U schrikt toch ook op als u die van u hoort, ook al is het uw telefoon niet? Het voeden van voorbeelden voor patroonherkenning noemen we deep learning. Het zit in de auto’s van Tesla, in Siri spraakherkenning van Apple, in Google translate en zelfs in het ‘rankbrain’ algoritme waarmee Google haar zoekresultaten bepaalt.
Maar we staan slechts aan het begin van de AI-revolutie. Net als internet, of zelfs elektriciteit is AI over enkele jaren overal.” Degene die Stephen Hawkins waarschuwingen serieus nemen beginnen nu wat ongemakkelijk op hun stoel te wiebelen. Maar volgens Blankevoort is dat nergens voor nodig. Naast elektriciteit is AI namelijk ook een hamer. Een dom stuk gereedschap, waar je wel hele mooie dingen mee kunt maken. “Een van de dingen die AI-mogelijk maakt, is het betere maatwerk. In de toekomst komt een robot bijvoorbeeld als een default onbeschreven blad uit de doos. Als gebruiker leer je hem waar je hem voor wilt inzetten, precies zoals jij dat wilt. Maar met deep learning kan je informatie ook omzetten in kennis en deze overal beschikbaar maken. Hierdoor kan je veel betere beslissingen maken. Stel je voor dat je de 10 beste radiologen ter wereld een AI-tool laat trainen? Hun gezamenlijke kennis kan je vervolgens in elk ziekenhuis voorhanden hebben. Hetzelfde gaat op voor tal van andere vakgebieden. Het is nog steeds de mens die de regie houdt, maar dan wel bijgestaan door de wijsheid van de beste domeinexperts die er zijn.” En wat als de mens AI de verkeerde dingen leert? Volgens Blankevoort gaat ook hier de hamer-analogie op. Niet iedereen kan er goed mee overweg en gezond boeren mensenverstand blijft belangrijk. Voordat de AI-hamer voor zichzelf gaat kunnen denken, dat duurt nog minstens 100 jaar.

 

Bangmakerij

Stefano Stramigioli van de TU Twente onderschrijft veel van de dingen die Blankevoort naar voren brengt. Maar een algoritme een robot? Dat is net zoiets als zeggen dat de mens niet meer dan een verzameling gedachten is zonder binding met de fysieke wereld. Nee, een robot is ook de mechanische body én de interface met de mens. En vanuit dat perspectief biedt de robot heel veel kansen. Kansen voor bedrijven, maar ook voor een betere kwaliteit van leven. “Waar alle bangmakers – en gelukkig viel het hier vandaag mee – veel te gemakkelijk aan voorbij gaan zijn de grote uitdagingen waar we als mensheid voor staan. Met de verkiezing van Trump als nieuwe president mag moeder aarde haar borst natmaken. En ook de demografische trends zijn niet door robotevangelisten bedacht. In het westen hebben we steeds minder jongeren die voor steeds meer ouderen zullen moeten zorgen. Tegelijkertijd zijn er veel meer menselijke monden te voeden. Robots kunnen ons helpen deze grote thema’s het hoofd te bieden.” Gelukkig gebeurt er ook heel veel. Stramigioli toont vele bijzondere robotbewijzen. Vanuit ‘zijn’ regionale initiatief Leo, maar ook vanuit Robovalley en het alomvattende Europese SPARK-programma. “Op tal van gebieden – met healthcare en inspection in het bijzonder – wordt er hard gewerkt aan ‘het met robots op afstand’ uitvoeren van taken, met nog steeds de mens als bestuurder. Denk aan de chirurgische Da Vinci Robot, maar ook aan onze Robird die vogels van luchthavens weert. Het is een vruchtbare strategie, waarbij beetje bij beetje steeds meer intelligentie en autonomie aan systemen kan worden toegevoegd en we tegelijkertijd nu al maximaal van robots kunnen profiteren. “